Wat te doen bij een epileptische aanval

 

Voor de aanval (als de persoon het voelt opkomen)
* Zorg dat de persoon gaat zitten of liggen.
* Stel de persoon gerust.
* Geef NOOIT eten of drinken.

 

Tijdens de aanval
* Blijf rustig.
* Neem de tijd op.
* Bescherm het hoofd met handen of kussen.
* Verwijder harde of scherpe voorwerpen (zoals brillen, koptelefoons, kettingen,        maar zet bijvoorbeeld ook een een tafel of stoelen aan de kant waaraan iemand zich kan stoten tijdens de ongecontroleerde bewegingen).
* Maak strakke kleding los.
* Stop nooit voorwerpen in de mond. De vinger kan afgebeten worden en de kans is groot dat het slachtoffer stikt!
* Geef ook niets te drinken!
* Bel 112 als de aanval langer dan 5 minuten duurt

  • Bel als meerdere aanvallen elkaar opvolgen.
  • Bel ook wanneer er beroerteverschijnselen optreden (scheve mond etc.).  
  • Bij twijfel mag je ook 112 bellen om te overleggen.

* Laat het slachtoffer nooit alleen en stel degene gerust als die is bijgekomen.
* Vervoer de persoon niet.

* Leg de persoon in de stabiele zijligging na de tonische en clonische fase.

 

Na de aanval

* Stel de persoon gerust.
* Vraag of de persoon weet wat er gebeurd is.
* Wacht tot de persoon zelf in staat is om te gaan zitten of staan.
* Schakel familieleden in om de persoon op te vangen.


⚠️TOEVOEGING⚠️
Soms hebben mensen met epilepsie Midazolam neusspray op zak! Deze mag maximaal 2x per neusgat toegediend worden. Dit is alleen nodig wanneer mensen een zware tonisch-clonische aanval hebben.

De meest bekende vorm van een epileptische aanval is een tonisch-clonische aanval, waarbij iemand valt en verkrampt en schokkend op de grond ligt. Tonisch betekent verkrampt ; clonisch betekent schokkend.

Voor alle uitleg ga naar de pagina van het epilepsiefonds https://www.epilepsie.nl/over-epilepsie/pagina/245-2/tonisch-clonische-aanval/


Hoe zien de aanvallen er uit?

Bij een partiële aanval kan iemand buiten bewustzijn zijn of kan gedeeltelijk buiten bewustzijn zijn. Diegene kan apart gedrag vertonen en reageert bijvoorbeeld  niet op het feit dat je hem of haar aanspreekt.